Dit soort knoppen werd, vaak paarsgewijs, gebruikt bij het beslag van de schede van een kostbaar zwaard

In 2016 kwam na een halve eeuw een bijzonder archeologische vondst uit Ezinge terug naar het Groninger Museum, waar het eerder van 1955-1966 te zien was: een knop met een dikke laag goud, voorzien van filegrein en ingelegd met almandijn. Het kostbare stuk was in de zevende eeuw in het bezit van een heerser op de terp.

De knop is piramidevormig, hol van binnen en weegt 14,2 gram. Hij heeft een grondvlak van 2,6 bij 2,6 centimeter met een hoogte van 1,8 centimeter. Op de koperen kern zit een dikke goudlaag met daarop cellen waarin almandijn is gevat.
Almandijn is een rode edelsteen die vooral in India wordt gevonden. In de zevende eeuw na Christus kwam almandijn via handel en uitwisseling in West-Europa en werd door goudsmeden verwerkt in sieraden. Het bekendste stuk in Friesland is de grote fibula van Wijnaldum. Tussen de cellen van almandijn, die op elke zijde het hoofd van een stier weergeeft, is met heel dun goudfiligrien versiering aangebracht. Een deel van de stenen ontbreekt, maar nog steeds is het een imposant sieraad.
Dit soort knoppen werd, vaak paarsgewijs, gebruikt bij het beslag van de schede van een kostbaar zwaard. Dat zwaard zelf had natuurlijk een eveneens met goud en stenen bekleedde greep.

De terp Ezinge is wereldberoemd dankzij de opgravingen van professor Albert van Giffen in de jaren dertig. Complete boerderijen uit de ijzertijd en de Romeinse tijd werden daarbij ontdekt. Helaas lag de vroegmiddeleeuwse periode in delen van de wierde, die grotendeels zonder onderzoek commercieel werden afgegraven voor de vruchtbare grond. Na de opgraving van Van Giffen werden nog twee laat-Romeinse gouden munten gevonden en de gouden knop. Het lijkt er niet op dat deze drie vondsten bij elkaar lagen. De munten belandden in het Groninger Museum, de knop ging naar de verzamelaar S.S. Mensonides.

De knop is het enige onderdeel van het zwaard uit deze wierde. Vermoedelijk is het stuk al los van het zwaard in de wierde terecht gekomen. Het stuk hoort thuis in een verzameling van goudvondsten uit de zesde en zevende eeuw. Dr. Johan Nicolay heeft in kaart gebracht dat in deze periode met name in Westergo veel goud gevonden is. Naast de fibula van Wijnaldum gaat het ook om goudschatten in Achlum, Wiewerd, Dronrijp, Midlum en vele losse vondsten. In Oostergo komt minder goud voor, in Groningerland weinig en in Ostfriesland nog minder. In Westergo zaten in die tijd waarschijnlijk machtige heersers. Zo rijk, dat er zelfs gesproken wordt van koningen. Om leiders uit ander streken aan zich te binden deelden ze van hun rijkdom uit. De toenmalige leiders in het Groninger wierdengebied hebben, gelet op de bekende bodemvondsten, weinig gekregen. Het gaat om enige hangers, het beslag van een zwaardschede of hoorn en natuurlijk de bijzonder knop uit Ezinge. Het stuk is in het Groninger Museum in de vaste opstelling te bewonderen.

Meer lezen:
E. Knol, G. ten Brink & W.H. Kruizinga, 2016: Een vroegmiddeleeuws mannensieraad uit Ezinge (AD 590-640). In: Madoc 30(3), p. 144-149

Hoge resolutiefoto's Download object

Deze pagina delen facebook twitter pinterest Embed