Meisjes tussen de zes en twaalf maakten de oefenlappen op school of in particuliere klasjes

Tot in de twintigste eeuw leerden meisjes tussen de zes en twaalf handwerktechnieken met behulp van een stoplap. In de collectie van het MOW bevindt zich een bijzonder voorbeeld van het nauwkeurige handwerk, dat een jong meisje in 1828 in Westerwolde voltooide.


Stoplappen zijn lappen stof van linnen, katoen of wol, waarop meisjes handwerktechnieken oefenden. Meisjes tussen de zes en twaalf maakten de oefenlappen op school of in particuliere klasjes. Textiel was erg duur. Het herstellen van beschadigingen aan het textiel moest daarom bijna onzichtbaar gebeuren. Om dat te leren moesten meisjes op school hun oefeningen zo nauwkeurig mogelijk uitvoeren. Tegen de tijd dat de oefeningen erop zaten, borduurde een meisje als kroon op het werk haar naam en de naam van haar onderwijzeres op de lap. Ook borduurde een meisje vaak het jaartal van afronding op de oefenlap.


Op de linnen stoplap van het MOW zijn verschillende afgeronde handwerkoefeningen zichtbaar. Gelet op de initialen, de naam en het jaartal, op de lap geborduurd, voltooide de maakster deze stoplap in 1828. Waarschijnlijk was de maakster een jong meisje uit Westerwolde. Het was voor vrouwen in die tijd belangrijk om goed te kunnen naaien en stoppen om zo goede huisvrouwen te zijn. Het was als vrouw echter ook mogelijk om met naaien en stoppen buitenshuis geld te verdienen.

Hoge resolutiefoto's Download object

Deze pagina delen facebook twitter pinterest Embed