Vijf jaren van verzet in de Collectie Groningen

Of het nu was uit liefde voor naasten, afschuw van het onrecht dat zo veel mensen werd aangedaan of eenvoudig om het eigen vege lijf te beschermen, in de jaren 1940-1945 kwamen mensen in opstand tegen de Duitse bezetter. Dit was een relatief kleine groep. De meeste mensen besloten zich rustig te houden en de oorlog uit te zitten.

Als historicus Jan Niemeijer mag worden geloofd, was het verzet in Groningen relatief groot in vergelijking met het landelijk gemiddelde. In Nederland doken halverwege 1943 ongeveer driehonderdduizend mensen onder. Twintigduizend hiervan zaten in Groningen. Zij die het verzet hielpen hebben hier een hoge prijs voor betaald. In een bittere ironische twist was het juist in regio’s waar veel actief verzet was, dat gerichte Duitse tegenacties voor meer slachtoffers onder de Joodse bevolking zorgde.


Desalniettemin zijn de meesten het er over eens dat zonder het verzet veel meer levens zouden zijn verloren. Zonder hun onderduikadres zouden die twintigduizend mensen immers zijn afgevoerd naar de verschrikkelijke kampen van de Nazi’s. In het kader van het Jaar van Verzet geven wij u in deze tentoonstelling een rondleiding langs een aantal voorwerpen in Groningen die ons herinneren aan het verzet. Deze voorwerpen staan symbool voor verlies maar ook voor heldhaftigheid.

www.groningen4045.nl/portretten


 

Ex Libris Professor Cleveringa


De in Appingedam geboren jurist professor Rudolph Pabus Cleveringa hield op 26 november 1940 in Leiden een vlammende protestrede tegen de anti-Joodse verordeningen van de Duitse bezetter. Zijn Ex Libris toont het vrijheidssymbool van zijn geboortestad, de bevestiging van de stadsrechten van Appingedam in 1327 onder de ‘Upstalsboom’. Dit is het eerste beeld van de digitale tentoonstelling van het Museum Stad Appingedam ‘In het spoor van professor Cleveringa’, die in de komende maanden wordt opgenomen in de digitale Collectie Groningen.

Melktankje


Dit tankje is tijdens de Tweede Wereldoorlog gemaakt door de lokale smid. Het is bedoeld om onder de kleding te dragen en melk in te vervoeren. Op deze manier kon er stiekem melk bij de boer gekocht worden zonder dat men distributiebonnen nodig had. Voor de dappere dragers van het tankje was dit de uitgelezen mogelijkheid om de onderduikers toch van melk te voorzien. Elders in Nederland werden vergelijkbare tankjes gebruikt.

Hendrik Nicolaas Werkman


Hendrik Nicolaas Werkman (1882-1945) kan wellicht beschouwd worden als één van de grootste Groningse kunstenaars. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was Werkman drukker van de clandestiene uitgeverij De Blauwe Schuit en bracht hij een serie druksels uit met als onderwerp de Chassidische Legenden. Door de nadruk op het Joodse gedachtengoed te leggen, nam Werkman in deze gevaarlijke tijd een groot risico. Of het drukwerk leidde tot zijn executie in 1945 is echter niet geheel duidelijk.
www.deverhalenvangroningen.nl/alle-verhalen/hn-werkman-en-de-duitse-dominee

Brieven van Thies Jan Jansen


De uit Weiwerd afkomstige Thies Jan Jansen was zeer actief in het verzet in Groningen. Niet alleen zorgde hij mede voor de verspreiding van het illegale Vrij Nederland, ook hielp hij mensen bij het vinden van onderduikadressen. Zijn dappere daden kwamen hem echter duur te staan. Thies Jan Jansen werd in 1942 verraden, waarna hij meer dan twee jaar gevangen zat voor hij werd gefusilleerd.

Helm van Clarence Milner


Clarence Milner was een van de vele Canadese soldaten die naar Europa kwamen om tegen de Duitsers ten strijde te trekken. Hij vocht in de slag om Groningen in het voorjaar van 1945. De bezetter gaf de stad niet zomaar op en dus werd er hevig gevochten. Milner, die slechts negentien jaar oud was, verloor de strijd en stierf aan de Parkweg. Zijn helm houdt de herinnering aan Milner en de vele andere soldaten die het leven moesten laten in stand.

www.deverhalenvangroningen.nl/alle-verhalen/de-bevrijding-van-groningen

Briefwisseling familie Bolwijn en familie Van Gelder


Soms zit het verzet in kleine daden. In dit geval in de steun van de familie Bolwijn aan hun buren; de Joodse familie Van Gelder. Toen de slager Jacob Phillipp van Gelder naar het Joodse werkkamp Balderhaar werd gestuurd, onderhield de familie Bolwijn goed contact met zijn vrouw Leny. Ook bleef Jacob zijn vroegere buren schrijven. Toen Leny en haar kinderen naar kamp Westerbork werden gezonden hield het contact op. De familie Van Gelder heeft de oorlog niet overleefd. Toch is de vriendschap tussen beide families een mooi symbool van saamhorigheid in een zeer moeilijke tijd.

Dagboeken van GekeHollema


Dolverliefd op het meisje Gien weigerde GekeHollema om door de Duitsers te werk te worden gesteld. Hij moest onderduiken. In een bijzonder dagboek, voorzien van allerlei mooie schetsen en tekeningen, legde Geke zijn leven in de oorlog vast. Tegen het einde van de oorlog zette Geke zich meer in voor het verzet. Zo hielp hij in een geallieerd veldhospitaal nadat op 13 april 1945 Glimmen en Veendam werden bevrijd.

NerTamid


De ‘NerTamid’ moet in een synagoge te allen tijde brandende worden gehouden. Het licht dat zij uitstraalt staat symbool voor de constante aanwezigheid van God en voor het Licht van de Waarheid. Het is haast bitter poëtisch dat deze lampen tussen 1940 en 1945 niet hebben gebrand. Juist op de plaatsen waar veel verzet was, kwamen veel Joodse mensen om het leven door gerichte tegenacties van de Nazi’s.

Prinses Wilhelmina op haar pony


Haar ballingschap in Londen vond Koningin Wilhelmina maar niks. Op aandringen van het Nederlandse parlement was zij vertrokken. De koningin bleef echter betrokken bij haar volk. Gedurende de gehele Tweede Wereldoorlog bleef zij Nederland toespreken via ‘Radio Oranje’ om haar volk een hart onder de riem te steken.

Overlevingskistje


De Duitse aanval op Nederland werd door koningin Wilhelmina sterk veroordeeld. Hoewel zij in eerste instantie weigerde om haar land en volk te verlaten, moest zij na vurig aandringen van het parlement in mei 1940 toch vertrekken. De koninklijke familie vluchtte naar Londen. Voor haar kleindochter Irene, die op dit moment vier maanden oud was, werd deze reiswieg getimmerd.

www.deverhalenvangroningen.nl/alle-verhalen/koningin-op-bezoek-bij-ter-apeler-soldaten

Bonkaarten


Distributiebonnen moesten er in oorlogstijd voor zorgen dat goederen eerlijk werden verdeeld. De bonnen waren zeer waardevol en werden door verzetslieden gestolen om voedsel te kunnen krijgen voor de onderduikers. In Groningen werd een indrukwekkende overval gepleegd in 1944 bij drukkerij Hoitsema aan de Tuinbouwstraat.

De vlag van het Scholtenhuis


Toen de Duitse Bezetter in de stad Groningen aankwam werd de industriële familie Scholten uit hun huis aan de grote markt gezet. Vanaf dit moment fungeerde het pand als het hoofdkwartier van de Duitse Sicherheitsdienst. Veel verzetsstrijders en onschuldige burgers vonden in de kelders een pijnlijke dood. De executies en martelpraktijken maakten het huis gevreesd en gehaat. Bij de bevrijding van Groningen werd deze duistere plek door de SD in brand gestoken.

Jan met de Motorhand


De in 1938 verzonnen ‘Superman’ ging in zijn verhalen regelmatig de strijd aan met de Nazi’s. Tijdens de Tweede Wereldoorlog moest deze stripheld de Amerikaanse soldaten en burgers een hart onder de riem steken. Nadat Nederland was bevrijd en de pers weer kritische stukken mocht drukken, was Nederland opgelucht. Uit deze opluchting werd de Nederlandse superheld ‘Jan met de Motorhand’ geboren, die met zijn superkracht de Nazi soldaten het land uit wist te jagen.

Deze pagina delen facebook twitter pinterest Embed