Tekenaar Raymond Bär van Hemmersweil (1929) heeft het Nederlands Stripmuseum de originele tekeningen geschonken van een van de verhalen van zijn creatie en wellicht het meest beroemde duinkonijn: Wipperoen.
Lees meer
Goede kans dat wanneer je vandaag de dag drie generaties Nederlanders bij elkaar zet, ze alle drie zijn opgegroeid met het weekblad Donald Duck. En een goede kans ook, dat de vierde generatie vertrouwd zal raken met deze onverwoestbare eend.
Lees meer
‘Jan met de motorhand’ uit 1946 is een luchtig, enigszins naïef stripverhaal over een fictieve verzetsdaad in de Tweede Wereldoorlog, waarin de Duitsers het onderspit delven. De tekst is van Huib van Randenbroek, de tekeningen van Cees Verhaagen.
Lees meer
In het Nederlands Stripmuseum is een deel van het atelier van Hans G. Kresse (1921-1992) nagebouwd. De tekentafel is authentiek en in de staat zoals hij is aangetroffen na de dood van de tekenaar. Het lijkt of Kresse even weg is voor een boodschap en elk moment kan terugkomen...
Lees meer
Paulus de boskabouter, Eucalypta, Oehoeboeroe. Ze behoren tot het collectief geheugen van de generatie die in de jaren vijftig en zestig van de 20e eeuw is geboren. Het Nederlands Stripmuseum besteedt met een eigen Pauluskabinet aandacht aan deze oerhollandse creatie van tekenaar en schrijver Jean Dulieu.
Lees meer
Dick Matena (1943) maakte van 1971 tot 1975 de ballonstrip 'Grote Pyr' voor het befaamde stripblad Pep. Een originele pagina uit deze strip was ooit de hoofdprijs van een Pep-prijsvraag. De toenmalige winnaar heeft deze ongekleurde pagina in 2005 geschonken aan het Stripmuseum.
Lees meer
‘Wonderlieke raaize van meneer Prikkebain’ uit 1962 is de Groningse vertaling door J.A. Fijn van Draat van de oudste Nederlandstalige strip 'Mijnheer Prikkebeen'.
Lees meer