De maliënkolder bestaat uit maliën (metalen ringetjes), die in elkaar zijn gesmeed of geklonken

Het heeft weliswaar niets te maken met het Groninger Erfgoed, maar het maakt niettemin een belangrijk onderdeel uit van de collectie Uitrustingstukken van de Oudheidkamer Uithuizermeeden: de maliënmantel.


De maliënmantel is een variant van de maliënkolder, een beschermend vest (kolder) dat door soldaten werd gedragen als pantser, vooral als bescherming tegen snijwonden van messen en zwaarden. De maliënkolder bestaat uit maliën (metalen ringetjes), die in elkaar zijn gesmeed of geklonken. In Europa werd vooral gebruikgemaakt van een patroon waarbij vier ringetjes in één ring haken. Door de losse opbouw is hij flexibel en luchtdoorlatend, terwijl hij door het materiaal tegelijk bescherming biedt tegen snijwonden veroorzaakt door zwaarden en messen en, in mindere mate, tegen pijlen.


De halsberg, een maliënkolder in de middeleeuwen, was een kleed tot onder de knieën, met kap, en woog wel zo'n 25 tot 30 kg. Als het moest worden opgeborgen hing men het op een houten T-balk. Een variant ervan was een hemd tot op de heupen, met korte mouwen, dat zo'n 15 kg woog, of een broek met voetstukken eraan.


Het stuk uit de collectie van de Oudheidkamer is een uitzonderlijk lange ruitermantel en zeer wijd, bedoeld om over het zadel gedrapeerd te kunnen worden. Niet bijzonder praktisch in de strijd, maar wél met een buitengewoon waardige uitstraling.

Hoge resolutiefoto's Download object

Deze pagina delen facebook twitter pinterest Embed