Bijzonder is dat het leesplankje ook in de voormalige koloniën werd gebruikt

Aap, noot, mies is voor veel mensen een zeer vertrouwd rijtje woorden. Ook niet zo gek natuurlijk, aangezien vele generaties op school met deze woorden hebben leren lezen en schrijven. Het concept van het ‘leesplankje van Hoogeveen’, zoals het doorgaans wordt genoemd, is een ontwikkeling geweest die aanvankelijk werd ingezet door de onderwijzer Mattheus Hoogeveen.


Van oorsprong werden andere woorden gebruikt, maar na enkele jaren kwam er door inmenging van de onderwijsvernieuwer Jan Ligthart een vernieuwde versie met de beroemde woorden aap, noot, mies. De bekende illustrator Cornelis Jetses verzorgde de tekeningen.


Het leesplankje kent twee uitvoeringen die vanaf 1906 werden geproduceerd onder de naam ‘Hoogeveen's verbeterd leesplankje’: de docentenversie, zoals die in het klaslokaal staat, met een afmeting van 105 bij 93,5 centimeter en de leerlingenversie van 30 bij 22,5 centimeter. De docentenversie is in het museum voorzien van een trapje zodat de leerlingen voor de klas de juiste letters onder de afbeeldingen konden hangen.


Bijzonder is dat het leesplankje ook in de voormalige koloniën werd gebruikt. Er was een speciale ‘Indische versie’ terwijl in Suriname de ‘Hollandse’ versie werd gebruikt. Een prachtig stukje Nederlands erfgoed!

Hoge resolutiefoto's Download object

Deze pagina delen facebook twitter pinterest Embed