H. Smith dreef een kruidenierswinkeltje op de hoek van het Schuitendiep en de Poelestraat in de stad Groningen

Na het verpakken van de koffiebonen en losse thee in zogenaamde bulktonnen (vergelijk O. de Wiljes), gaan de koffiebranderijen en theepakkerijen in de jaren 1910-1920 meer en meer over tot het voorverpakken van deze producten in de rechthoekige blikken. Die vervolgens de kenmerkende aankleding vormen van de 'winkels in koloniale waren en comestibles'.


H. Smith dreef zo’n kleine kruidenierswinkel op de hoek van het Schuitendiep en de Poelestraat in de stad Groningen. Al snel na het openen van de zaak in 1855 legde hij zich volledig toe op het roosteren van de koffie en het mêleren van de thee. Hij betrok de producten rechtstreeks van de overslaghaven in Amsterdam en roosterde de bonen naar eigen recept. En het viel in de smaak: binnen de kortste keren wist hij een marktaandeel te verwerven onder collega-kruideniers in de stad, die de koffie en thee voortaan van Smith betrokken.


De Goudboon-koffie en Goudblad-thee genoten grote populariteit. Smith trok met zijn onderneming tijdens de wereldtentoonstelling in de stad Groningen in 1903 alle aandacht naar zich toe door een tien meter hoge kraantjespot te laten bouwen, die bij de entree van de tentoonstelling stond. Een reclamestunt van formaat!

Hoge resolutiefoto's Download object

Deze pagina delen facebook twitter pinterest Embed