Eind 1941 raakte Thies Jan Jansen betrokken bij de verspreiding van het illegale blad Vrij Nederland

De gereformeerde verzetsman Thies Jan Jansen (1906-1944) zat meer dan twee jaar gevangen in kamp Vught en het Oranjehotel, de strafgevangenis in Scheveningen. In gevangenschap schreef hij verschillende brieven aan zijn familie. Hartverscheurend is de laatste brief vanuit het Oranjehotel in Scheveningen, waarin hij afscheid neemt van zijn gezin in Weiwerd.


Hij vraagt hen te berusten in hun lot en geen haat te koesteren. Eind 1941 raakte Thies Jan Jansen betrokken bij de verspreiding van het illegale blad Vrij Nederland. Als lid van de Ordedienst (OD) organiseerde hij koeriersverbindingen tussen Groningen en het algemeen hoofdkwartier in Amsterdam. Hij was betrokken bij het onderbrengen van onderduikers op het Groningse platteland en verzamelde informatie over militaire objecten voor de spionagegroep Zwaantje. Door verraad werd hij uiteindelijk op 9 december 1942 aangehouden in Amsterdam. Meer dan twee jaar zat hij gevangen in kamp Vught en het Oranjehotel, de strafgevangenis in Scheveningen, waar in de oorlog veel verzetsmensen gevangen zaten.


Jansen hield door brieven te schrijven contact met zijn familie. In het Oranjehotel gebruikte Jansen een mesje, dat hij zelf had gemaakt en bezat hij een klein kunststof doosje waarop hij verschillende zinnen kerfde zoals: ‘Houd moed’ en ‘Veilig in Jezus armen’. Ook turfde hij aan de binnenkant van het doosje de dagen in gevangenschap om besef van tijd te behouden. Op 11 mei 1944 werd Jansen op de Waalsdorpervlakte gefusilleerd. Tientallen brieven en verschillende voorwerpen van Jansen zijn door zijn zoon geschonken aan het Oorlogs- en Verzetscentrum Groningen (OVCG). De brievencollectie is in zijn geheel gedigitaliseerd en in te zien op verzoek bij OVCG.

Hoge resolutiefoto's Download object

Deze pagina delen facebook twitter pinterest Embed