Het zogenaamde ‘rouwservies’ bestaat uit een theepot met suikerpot, roomkan en spoelkom.

Een fraai serviesje uit de collectie van Fredewalda. Jammer alleen dat de kopjes ontbreken. Fout. Die ontbreken niet. Er hebben nooit kopjes bij gehoord. En dat is maar goed ook. Het zou anders maar een natte knoeiboel zijn geworden tijdens het drinken.


Het zogenaamde ‘rouwservies’ bestaat uit een theepot met suikerpot, roomkan en spoelkom. 


De herkomst is niet duidelijk, maar vermoedelijk is het in Engeland gemaakt. De oudste rouwserviezen die in Groningen voorkomen zijn geïmporteerd uit Engeland. Joshua Wedgwood (her)ontdekt in 1768 het procedé om zwart aardewerk te maken. Hij gebruikt hiervoor roodkleurige klei die, tijdens een bakproces waarbij de zuurstoftoevoer wordt afgesloten, zwart kleurt. Helaas is het eindproduct poreus. De binnenkant wordt daarom afgewerkt met een glazuurlaag. Echter niet bij de kopjes: die bleken daarvoor te kwetsbaar. En daarmee heeft Fredewalda dus wel degelijk een ‘compleet’ servies in huis.


De decoraties op de zwarte serviezen bestaan uit geometrische patronen, die ontleend zijn aan oude Griekse reliëfs. Het matzwarte aardewerk wordt in Engeland ‘basaltware’ genoemd. De benaming ‘rouwservies’ is in Nederland bedacht. Vanaf 1850 namelijk worden de zwarte serviezen gekopieerd door Petrus Regout in Maastricht. Deze minder verfijnde versie krijgt de naam Terre Noir of Zwartsteen.


De rouwserviezen waren destijds in Engeland erg in trek. De Engelse dames waren verrukt over het contrast tussen het zwart van het servies en de witte huid van hun handen…


 

Hoge resolutiefoto's Download object

Deze pagina delen facebook twitter pinterest Embed