In de cement­pannen­fabriek aan de Tolberter­vaart worden per week 1500 dak­pannen gemaakt, ongeglazuurd.

Met het graven van de Tolbertervaart begin 1900, raakt Tolbert uit haar isolement. Nu er over het water een verbinding met Groningen is, nemen handel en nijverheid een vlucht. Oude bedrijven durven uit te breiden en nieuwe ondernemingen vestigen zich in het dorp. De vooruitgang in Tolbert zet eindelijk dóór.


Iets dat al snel merkbaar is in het dorp: er wordt gebouwd en herbouwd dat het een lieve lust is. De plaatselijke timmerman/aannemer heeft het er razend druk mee, alles komt bij hem terecht. Omdat de aanvoer van grondstoffen dankzij de aanleg van de Tolbertervaart een stuk gemakkelijker is geworden, bouwt hij een cementpannenfabriek aan de Tolbertervaart. Daar worden per week 1500 dakpannen gemaakt, ongeglazuurd.


En hoewel de vooruitgang dan toch eindelijk is begonnen, letten boer en burger wél op de kleintjes. Op de voorkant van de woning komen prachtig geglazuurde dakpannen. De ongeglazuurde cementpannen worden meestal gebruikt als dakbedekking voor bijschuren. Ze zijn namelijk een stuk goedkoper dan geglazuurde pannen. En op het dak aan de achterkant van het huis worden vaak cementpannen gelegd. ‘Dat ziet ja toch niemand…?’


De gietijzeren mal in de collectie van Fredewalda is een bakvorm die ooit in de fabriek werd gebruikt.


 

Hoge resolutiefoto's Download object

Deze pagina delen facebook twitter pinterest Embed