Dat er rond 1600 ook kleine kinderen in de vesting woonden, bewijst deze rammelaar.

Het wiegje staat in de hoek van een tuin, onder een laag eikenboompje, beschut tegen de zon. In de wieg ligt de jongstgeborene, druk doende met haar rammelaartje. Het geeft een gerinkel en gerammel en de kleine kan er maar geen genoeg van krijgen. Plotseling schiet het speeltje uit haar hand, het wiegje uit en belandt onzichtbaar onder de heg.


Zonder nog een kir te geven valt het meidje in slaap. De rammelaar wordt vergeten en langzaam maar zeker ontfermt de Tijd zich er met haar vegetatie over. Tien seizoenen later is ze al verdwenen onder het gras en gebladerte.


Dat er rond 1600 ook kleine kinderen in de vesting woonden, bewijst deze rammelaar. Het is op de plek van een soldatenbarak aangetroffen. Het zestien centimeter lange voorwerp bestaat uit een handvat met een bolvormig uiteinde. Het is opgebouwd uit gevlochten koperdraad met onderaan vier koperen belletjes. Het van oorsprong bolvormige bovenstuk bestaat uit spiraal gevlochten koperdraad waarin tweeëntwintig blauw glazen kraaltjes en acht benen kraaltjes zijn verwerkt.


Wanneer er geen oorlogsdreiging was, werd de bezetting van een paar honderd soldaten teruggebracht naar enkele tientallen. De overgebleven soldaten bewoonden dan met hun gezinnen de soldatenbarakken. Een lange blok barakken bestond uit een aaneenschakeling van kamertjes (barak) van drie bij vier meter. In iedere barak waren twee slaapplaatsen en een open haard aanwezig. De officieren hadden een complete woning (logement) tot hun beschikking.


Tijdens archeologisch onderzoek is er nog veel meer kinderspeelgoed aangetroffen. Zo zijn er delen van kinderservies, knikkers, bikkels en speelschijven aangetroffen. De rammelaar dateert uit het begin van de zeventiende eeuw.

Hoge resolutiefoto's Download object

Deze pagina delen facebook twitter pinterest Embed