Aan het einde van de jaren twintig van de vorige eeuw introduceert Van Nelle het Piggelmee-spel. Eerder al -in 1924- komt het bedrijf met de Piggelmee-boeken onder het motto: 'Als je de kinderen aan je weet te binden, komen vader en moeder vanzelf wel.'

Van Nelle geeft in die jaren twintig een van haar vertegenwoordigers opdracht om ‘iets’ voor de kinderen te bedenken. Het bestaande sprookje van Piggelmee wordt door de vertegenwoordiger op rijm gezet, waardoor het makkelijk te onthouden is. De plaatjes worden los gespaard en moeten netjes worden ingeplakt. In de jaren dat de boeken uitkomen, zijn er nog geen bibliotheken en hebben kinderen al helemaal geen kast met boeken op de eigen kamer staan. Een Piggelmee-boek met gekleurde plaatjes is dan ook een rijk bezit.

De Piggelmee-boeken zijn en blijven een succes. Tot eind jaren tachtig van de vorige eeuw worden diverse verschillende uitgaven gedrukt en worden de plaatjes in allerlei soorten en maten bij elkaar gespaard en ingeplakt. Daarnaast ontwikkelt van Nelle de Piggelmee legpuzzels, trekpoppen, langspeelplaatjes, kinderserviesjes en borduurpatronen.

De Piggelmee van Van Nelle heeft overigens een plek gekregen in de psychologie: we spreken over het Piggelmee-syndroom wanneer het gaat om toenemende ontevredenheid. De invloed van de reclame blijkt vaak veel groter dan we denken...