Een bijzonder meubel, afkomstig uit de werkplaats van een huisschilder. De afkortingen van de woorden laten zich in een enkel geval raden, in andere gevallen is het vaktaal die alleen een schilder begrijpt. Aangenomen dat die op de hoogte is van de historie van zijn vak.

Het meubel uit de werkplaats van de schilder is een pigmentkast. De laden waren gevuld met pigmenten (kleurstoffen), waarmee de schilder zelf zijn verf mengde. Pigmenten zijn piepkleine korreltjes, die zich door het verfmengsel verspreiden. De grootte van de pigmentkorreltjes is niet bij alle pigmenten gelijk. De ene soort is daardoor dekkender dan de andere. De korrels kunnen onder andere afkomstig zijn uit ertsen, mineralen of afzettingsproducten van de aardkorst, zoals oker, siena, omber of groene aarde.

Pigmenten bevatten van zichzelf geen bindmiddel en worden daarom niet ‘los’ gebruikt als kleurstof. De schilder mengde het pigment eerst met lijnolie geperst uit koolzaad, visolie en andere bindmiddelen. Het mengen deed men vooral in de wintermaanden, omdat de bindmiddelen en daarmee dus de verf dan toch niet wilden drogen.